Met een brede glimlach en vergezeld van heerlijk weer trok onze recensent Marie-Jet Eckebus met een pen langs haar laatste drie voorstellingen. Op zondagmiddag 7 juni zag ze Esmay Usmany, Het Kroost en Sharon Wezer.
Je komt nog eens ergens als je naar Delft Fringe gaat. Ik ben een geboren en getogen Delftenaar, maar waar de Hopstraat ligt, moest ik toch even opzoeken. Gelukkig staat in de programmakrant een plattegrond afgedrukt. Net op tijd kom ik aan bij Atelier 7.
Ook dit is weer een leuke locatie, vol ‘creatieve uitspattingen’, zoals kaarten, kleding en knuffels. Voor de ogen van een vierkoppig publiek neemt Esmay Usmany plaats achter haar keyboard en na een korte introductie zingt ze een autobiografisch lied over ‘Meisjes van dertig’. Meisjes van dertig staan voor allerlei keuzes in hun leven: kinderen of niet? Een huurhuis of een koophuis? Je baan opzeggen om je hart te volgen of toch niet?
Sommige van haar teksten zijn echte luisterliedjes. Zoals het nummer over haar oma, die circa 70 jaar geleden uit Nederlandse Indië naar Nederland kwam. Zij had geen keus; ze vluchtte voor de oorlog. Dit lied zou gemakkelijk zonder de context van Esmay’s programma kunnen bestaan. Andere nummers zijn meer cabaretesk, zoals het humoristische ‘Ode aan de poes’, geïnspireerd door de horror bevallingsverhalen van vriendinnen. Een hele opsomming van kraamleed wordt over ons heen gestort van ‘striae op je buik’ tot aan ‘ingescheurd tot aan je knieën’.
Esmay heeft een prettige zangstem en praat haar liedjes op een ontspannen manier aan elkaar. Aan het eind van het programma verrast ze ons met een primeur: een liedje dat ze gisteravond heeft geschreven, getiteld ‘Wijzer sindsdien’. Een mooie tekst over keuzes die je, achteraf bezien, beter niet had kunnen maken. Esmay Usmany is een getalenteerde cabaretière. Het is een goede keuze van haar geweest om haar baan op te zeggen en full time het theatervak in te gaan.
Zoals beloofd ben ik vandaag voor een tweede keer naar ‘Ja mijn zoon’ gegaan, een bijzondere ceremonie tussen een zoon en zijn échte vader.
De eerste keer dat ik getuige was van de ceremonie, lazen zoon en vader elkaar een brief voor, die ze niet van elkaar hadden gezien. Daarin vertelden ze over hun relatie. Nu hij op de drempel naar onafhankelijkheid staat, wilde de zoon bewust voor zijn vader kiezen. Hij beloofde onder meer niet zomaar thuis te komen op de koffie, maar om er te zíjn. En wanneer de tijd er rijp voor is, zal hij met alle liefde zijn ouders verzorgen zoals zij hém verzorgd hebben.
Omdat het moment zo puur en ontroerend was, vroeg ik mij af hoe dat tijdens de laatste voorstelling zou zijn. Dan was de verrassing er immers af. Die laatste keer werd gespeeld in Museum Paul Tétar van Elven in een prachtig zaaltje met kroonluchter. Het had veel weg van een trouwzaaltje en daarmee kwam de ceremonie goed tot zijn recht. Het voorlezen van de brieven was even ontroerend als de eerste keer. Jochem van Rijsing (de zoon) keek nu meer het publiek in en wist al delen van de brief uit zijn hoofd. Vader Bruno bleef op zijn zoon gericht en maakte wat opmerkingen tussendoor, die niet in de brief stonden.
Dit was de allerlaatste keer dat vader en zoon hun ceremonie uitvoerden. Jochem gaf zijn vader een sieraad in de vorm van een speerpunt als symbool van het ijkpunt dat zijn ouders voor hem zijn. Bruno gaf zijn zoon een passer. Je kunt met een passer een kleine cirkel maken en daar blijven in de geborgenheid. Of je kunt de cirkel wat groter maken. Maar als je de passer helemaal plat maakt, is een cirkel tekenen niet meer mogelijk en valt de verbondenheid weg.
Het was een mooi einde aan de liefdevolle vader/zoon verbintenis. Hiermee is het project nog niet voorbij. Suzy, een collega theatermaker van Jochem, gaat een voorstelling maken over de relatie die ze tot haar vader heeft. Misschien iets voor Fringe 2016?
Wanneer we de zaal binnenkomen zit een man in lotushouding op het podium. Voor hem staat een altaartje met de godin Shiva en rokende wierrook in een houder. We horen serene Indiase muziek. De man opent zijn ogen en geeft uitleg over wat we gaan zien. Hij demonstreert een aantal gebaren die symbolisch zijn voor bepaalde goden en godinnen.
In de eerste dans die Sharon Wezer uitvoert laat ze haar liefde voor een godin zien. Ze komt op in traditionele dracht met rinkelende belletjes rond haar enkels. De dans is als een sierlijke gebarentaal, met verfijnde handgebaren, gestampt met de voeten en een zeer levendige mimiek. Het is een plezier om naar te kijken.
Na deze dans geeft de verteller ons informatie over de tweede dans. Deze gaat over de romantische liefde. Een vrouw heeft haar man betrapt op vreemdgaan en zij confronteert hem daarmee. Terwijl de verteller zijn verhaal doet, illustreert Sharon wat hij zegt met gebaren en mimiek. Daarna beeldt zij het verhaal dansend uit. Ik kan het niet helemaal volgen, maar de grote lijnen snap ik wel. Tenslotte laat ik de verhaallijn los en geniet simpelweg van de bewegingen. Hoewel ik ooit in India ben geweest en daar ook dans heb gezien, ben ik absoluut geen expert. Ik kan daarom niet zeggen of Sharon Wezer goed heeft gedanst. In mijn ogen zag het er in ieder geval prachtig uit.
Mijn taak als recensent van Fringe zit erop. Ik heb het met plezier gedaan. Veel goede voorstellingen gezien, creatieve mensen ontmoet en mijn stad weer wat beter leren kennen. Volgend jaar weer, wat mij betreft.